Familie Soutberg
Den Helder
27 april Maandag 28 april 2008: Redwood National Park  29 april

Gepland:

Ervaringen:

We zijn intussen ge-acclimatiseerd in Noord-Californië, dus besluiten we vandaag de “Damnation Creek Trail” te lopen, een oud Indianenpad dat vanuit het bos meer dan 300 meter afdaalt naar de oceaan. Het startpunt is maar een paar mijl van het hostel verwijderd, dus we zijn vóór negenen op pad. We zijn omgeven door Redwoods als we aan de afdaling beginnen, en af en toe sluiten ze het pad zowat in. Naarmate we dichter bij de oceaan komen verandert het bos dan langzamerhand: steeds minder Redwoods, en meer (enorme) dennen en loofbomen. Als we een bruggetje oversteken zien we opeens geen bomen meer boven de rand van de richel voor ons. We staan zomaar op een klif boven de oceaan!




Na een natuurlijk trapje in de rotsen en het oversteken van Damnation Creek staan we aan de kust. Er is verder niemand. De kust bestaat uit een strook rotsen vóór een kiezelstrand met daarachter steile rotsen. Wrakhout ligt overal, dus je moet hier niet zijn bij storm. Opvallend zijn de vetplantjes op de rotswanden. Wat je hier ook overal ziet is een witte steensoort die door of op de andere steensoorten loopt. Lijkt wel wat op het glazuur voor cake, maar is keihard en niet los te krijgen.


Als we wat gegeten hebben beginnen we aan de tocht omhoog. Nu het wat later is komen we mensen tegen die nog aan de afdaling bezig zijn, maar niet meer dan vijf op de hele tocht. Het is wel gunstig dat de steilste stukken van de trail het dichtst bij zee zitten. Zo hebben we het zwaarste deel eerst.

Als we boven zijn is het al middag, dus we lunchen en gaan dan uitrusten. We maken nog een restje soep op, met perziken en appelmoes als toetje, zitten nog even in de “huiskamer”, en maken een paar foto's uit het raam van onze kamer.

We rijden dan een stukje naar het zuiden in de hoop nog elanden te zien. We volgen de Newton B. Drury Scenic Parkway, die heel mooi, maar ook heel lang is. Als er maar geen eind komt aan de Parkway stappen we maar even uit bij een stuk weiland waar in de verte een paar elanden te zien zijn. De natuur op zich is de moeite waard, dus dat de elanden zo ver weg zijn is niet erg. Tegen de tijd dat we terug zijn is het vrijwel donker. We pakken alvast wat spullen en gaan op tijd naar bed. Morgen wacht de rit naar Portland.